Joan
Ze draagt een ‘aware’-kastje en heeft een goede nacht wanneer ze maar één nachtmerrie heeft. Joan (55) had 32 jaar lang te maken met huiselijk geweld. Inmiddels laat ze zich niet meer leiden door angst, maar pakt de regie over haar leven stukje bij beetje terug. Iedere dag opnieuw. Haar negatieve ervaringen zet ze in om anderen te helpen.
Joan groeit op in Bergum, een klein dorpje in Friesland. Op haar achttiende vertrekt ze naar de politieschool in Amsterdam. Daar ontmoet ze Stef. ‘Hij was extreem jaloers. Ik mocht niet naar anderen kijken of lachen en moest altijd en overal op mijn gedrag letten.’
Na een jaar moeten ze het internaat verlaten en gaan samenwonen. ‘Zijn controledrang nam extreme vormen aan. Ik had niet eens een bankpas. Als ik per ongeluk het verkeerde wc-papier haalde, ging hij een halve dag uit zijn dak. Ook kreeg ik geregeld een vuiststomp.’
Vanuit zijn extreme jaloezie probeert Stef Joan te isoleren. ‘Mijn familie woonde ver weg, toch voelden ze dat er iets niets klopte. Op een avond stonden mijn vader en oom onaangekondigd voor de deur. We hadden net knetterende ruzie. Stef schopte me van de trap. Mijn vader en oom hoorden mij vallen, schreeuwen en huilen. Toen ik opendeed, vertelde ik dat ik struikelde en van de trap viel.’
Voor de buitenkant
In de jaren erna volgen een huwelijk en twee kinderen. ‘Stef leefde voor de buitenkant: een mooi huis, een mooie vrouw, perfecte kinderen, een mooie auto. Hij sloeg me vaak in de badkamer. Onttrokken aan ieders zicht.’
Ondanks de onrust thuis maakt Joan rap carrière. ‘Ik werkte twaalf jaar als agent. Daarna werd ik gevraagd voor een directeursfunctie bij Fortis. Na een paar jaar met het gezin op Curaçao gewoond te hebben, haalt ze haar mediationpapieren en start succesvol een eigen bedrijf.
“Ik wist dat het klaar was. Eindelijk vertelde ik aan iedereen wat er al die jaren speelde.”
‘Stefs agressie en controledrang namen nog hevigere vormen aan. ‘Hij volgde mijn telefoon, plaatste een ‘tracker’ in mijn auto en handtas en nam mijn complete boekhouding over. Het slaan werd heftiger en duurde vaak langer.’
Mijn breekpunt kwam op mijn 52e jaar. Stef ging ‘los’ door een foto die een klant per ongeluk naar mij appte. Hij scheurde de kleren van mijn lijf, sloeg me waar hij me maar raken kon en probeerde me te wurgen. Tweeënhalf uur lang. Ik ging drie keer ‘knock-out’ en liep diverse breuken, kneuzingen en gescheurde trommelvliezen op. Het enige wat door me heenging, was: ‘Ik ga dood.’
Tijdens zijn woede-uitbarsting belt Stef zelf de politie. ‘Hij werd opgehaald door een paar agenten. Of er iemand voor mij zorgde? Ik liet dat niet toe. De pijn en schaamte waren te groot. De volgende morgen kwam er een wijkagent langs. Na een paar vragen waren zijn letterlijke woorden: ‘Ach, het komt vast goed tussen jullie.’ Ik wist dat het klaar was. Eindelijk vertelde ik aan iedereen wat er al die jaren speelde.
“Als hoogopgeleide, zelfstandige vrouw ben ik een atypisch slachtoffer.”
Inmiddels draagt Joan een ‘aware’-kastje. ‘Als ik op de knop druk, wordt de politie direct gealarmeerd. Zijn dreiging houdt me overigens niet meer tegen om te leven. Oké, ik heb PTTS. En tijdens een goede nacht heb ik maar één nachtmerrie. Toch voel ik me beter dan ooit. Ik heb mijn eigen plek, beslis zelf over mijn tijd en kan weer hardop lachen.
Als hoogopgeleide, zelfstandige vrouw ben ik een atypisch slachtoffer. Dat was én is voor veel hulpverleners lastig. Ik wil best meewerken aan een therapie, maar dan moet het me wel iets opleveren. Gelukkig denkt mijn casemanager bij Perspektief met mij mee, buiten de gebaande paden. Mijn ervaring wil ik inzetten om hulpverleners uit te leggen wat slachtoffers van huiselijk geweld doormaken en nodig hebben. Daarmee hoop ik de beeldvorming rondom slachtoffers te veranderen. Op die manier herpak ik de regie over mijn leven. Dichter bij mezelf kan ik niet komen.’
Wij helpen je verder
We zetten onze specialistische kennis graag in om jouw problemen op te lossen en patronen te doorbreken.